30 april 2016

Ik ging een rugzak maken voor Saar. 

Eerst knipte ik alle patroondelen uit. Ik deed het netjes. Toen liet ik ze een maand rondslingeren in huis. En daarna begon ik voor echt.

Ik keek twee uur naar de handleiding in het boek, dacht na, puzzelde, dacht weer na, haalde mijn lief erbij. Die zei: niet goed geschreven. Ik bedacht zelf hoe de puzzel kon passen en on y va. Ik kocht plakvlieseline en vroeg de verkoopster niet naar plakvaseline. Het knoopsgat oefende ik tien keer op een zakdoek en de elfde keer stropte de draad niet meer. Ik maakte een exacte kopie van het lapje waar het knoopsgat in moest en deed een generale repetitie. Toen ik live ging hield ik mijn adem in, en daarna had ik een gelukt knoopsgat. Het lapje met het knoopsgat in heb ik daarna drie keer aan een grotere flap gestikt voor het juist zat. Het schiet niet op, ik doe hier veel dingen voor het eerst, zei ik toen ik in het passeren mijn lief tegen kwam. Zo gaat dat met een kind, zei hij. De voering en de buitenkant heb ik daarna anderhalve keer los gepeuterd wegens eerst binnenstebuiten en daarna per ongeluk dicht gestikt waar het niet dicht hoorde te zijn. Ik zocht uit hoe je zeilringen in stof slaat, dat was iets van niks, oef, ik voelde me bijzonder en professioneel. 

En nu is het klaar! Er moet alleen nog een knoop aan.

Toen ik Huwelijk van Jeffrey Eugenides las, ben ik voor het einde gestopt met lezen omdat ik niet wou dat het uit en gedaan ging zijn. Dat Was Een Boek. Van Middlesex ben ik altijd bang geweest. (Ik ben ook bang van de Russen, van alle Nobelprijswinnaars, van Orlando, en eerlijk gezegd ook een beetje van Haruki Murakami.) Maar zie. Iemand zei me dat het heel erg goed is en toen had ik het ineens bij van de bib. In diezelfde stapel zaten twee Zweedse detectives waarvan ik er eentje uit heb (die was niet echt goed, maar het speelde zich af op Gotland en het was leuk daar nog eens te zijn), en ik de andere na de eerste drie pagina's aan de kant gelegd heb (nee dank u en naar Linköping hoef ik niet zo nodig). Ik wil maar zeggen dat ik geen haast maakte met Middlesex.

Maar nu ben ik begonnen!
Ik ben op pagina 21 en ik stop maar vast even.

("Mijn vader ging nooit mee, die was op achtjarige leeftijd van zijn geloof gevallen vanwege de exorbitante prijs van votiefkaarsjes." BAM! Zo te kunnen schrijven!)

29 april 2016

In De Standaard staat nu elke dag een portret van een slachtoffer van 22 maart. Meestal lees ik die niet. Te echt te aangrijpend te dichtbij te mooi te droef. Ik las een halve alinea over een Zweedse illustratrice, My, 30 jaar. Ze dronk graag jasmijnthee.

Ik zit in de Pain Quotidien, ik blijf nog even na mijn afspraak, ik neem een kop jasmijnthee.

(Johanna My Altegrim)